top of page
DSC02090_bewerkt.jpg
Maak van strijkkraaltjes leuke onderzetters voor glazen en kopjes
Tips van Beweeg&Speel

Wanneer uw kind problemen ondervindt op het gebied van de motoriek, zijn hier verschillende spelideeën. Het is belangrijk dat er spelenderwijs geoefend wordt en het geen verplichting is.

Echter, wel geldt: Oefening baart kunst!

 

Beloon een goede prestatie, deze beloning hoeft niet altijd materialistisch te zijn;

Prijs je kind uitbundig wanneer iets gelukt is, applaudisseer, geef een knuffel of ‘high-five’ om te laten merken dat je iets heel goed vindt.

beeldmerk.png
Lekker buiten spelen!

Niet gewoon over de stoep lopen, maar je evenwicht oefenen terwijl je op de stoeprand loopt.

Of ga eens hinkelen, huppelen of springen in plaats van gewoon lopen. U kunt er zelfs een wedstrijdje van maken.

Teken met stoepkrijt een hinkelbaan om lekker te hinkelen. Of teken een lijn (natuurlijk geen rechte, maar één met bochten en onderbrekingen) om overheen te lopen. Vooruit, achteruit, zijwaarts, op de tenen, alles kan!

Lekker buiten op de trampoline springen! Is er thuis geen, dan misschien bij de buren of bij een vriendje of vriendinnetje?

Durft je kind (met hulp) al op stelten te lopen? Als deze nog een beetje eng zijn, kunt u ook eerst eens loopklossen proberen. Deze zijn trouwens ook zelf te maken van lege conservenblikken met een stevig touw eraan.

 

Erg leuk om samen te doen; elastieken, touwtje springen (in een groot touw dat 1 of 2 personen ronddraaien of zelf in een klein touw).

 

Met stoepkrijt kan je kind een hinkelbaan op de stoep tekenen. Een steentje mikken op één van de vakken, hier mag je nu niet op hinkelen. Als de hele baan is gehinkeld zonder fouten wordt het steentje op het volgende vakje gegooid. Wie heeft als eerste alle vakken gehad?

Om het makkelijker te maken kan er in plaats van gehinkeld ook op twee voeten gesprongen worden.

 

Kun je nog hoela-hoepen? Doe het eens voor aan uw kind en laat het vervolgens natuurlijk ook zelf proberen. Met een hoepel kun je ook andere spelletjes doen: verticaal neerzetten en naar elkaar toe rollen, probeer eens om steeds verder uit elkaar te gaan staan.

Of zet de hoepel rechtop, draai ´m tussen de vingers, hij gaat nu steeds lager draaien; laat uw kind erin springen zonder ´m aan te raken. Misschien kun je samen met uw kind nog meer spelletjes bedenken?

 

Ga samen een stuk skeeleren! Als je zelf geen skeelers hebt ren of fiets je gewoon mee.

 

Twister, dit is ook te spelen door met verschillende kleuren stoepkrijt cirkels op de grond te tekenen. Eén van de deelnemers roept een lichaamsdeel en kleur waarop deze geplaatst moet worden.

 

Ga thuis eens op zoek naar verschillende ballen; groot, klein, licht, zwaar.

Je kunt ze gooien, vangen, stuiteren, rollen, schoppen. Met welke bal gaat dit alles het beste?

 

Stoepranden! Zoek een stoeprand, gooi er een bal tegenaan, laat ´m terugstuiten en probeer ´m te vangen. Hoe vaak lukt dit zonder de bal te laten vallen? Kunt u het zelf ook nog? Maak er een wedstrijdje van; wie haalt de meeste punten?

 

Zijn er knikkers in huis? Laat je kind samen met vriendjes uit de buurt een knikkerpotje zoeken/maken om samen te spelen.

 

Jeu de boules is leuk om te doen op het strand, of gewoon op een grasveld. Voorzichtig, want de ballen zijn wel zwaar!

 

Een kegelspel is zelf te maken met lege drinkflessen. Hoe meer water erin zit, hoe zwaarder ze worden en dus ook moeilijker om te gooien.

 

Kaatseballen of jongleren moet je even oefenen voordat je het kunt. Kun je het zelf nog?

 

Ook met ballonnen kun je overgooien/overslaan. Dit is makkelijker dan met een bal want ze bewegen veel langzamer door de lucht. Als je (lichte) tennisrackets hebt kun je er zelfs een potje mee tennissen.

 

Badminton is ook leuk, maar dan moet er geen wind zijn, anders waait de shuttle steeds weg!

 

En wat dacht je van frisbeeën? Doe even goed voor hoe deze gegooid moet worden. Vangen gaat het beste door de frisbee tussen twee handen te klemmen (één boven en één onder)

 

Pittenzakjes zijn handig om het gooien en vangen goed te leren. Ze zijn makkelijker te vangen dan een bal omdat je ze beter vast kunt pakken.

Overgooien met een knuffel is een goed alternatief voor als er geen pittenzakjes zijn!

Om binnen te oefenen

Stoeien met papa, mama, grote broer of zus is goed voor het verbeteren van de spierkracht en het evenwicht. Wees natuurlijk wel voorzichtig met elkaar!

 

Tanden poetsen moet elke dag gebeuren, laat je kind het eens proberen terwijl het op één been gaat staan. Lukt het ook op het andere been? Of op de tenen?

 

Proberen van de laatste trede van de trap te springen zonder met de handen op de grond te komen.

 

Heb je thuis een sjoelbak? Wie haalt de meeste punten? Als u thuis een gladde vloer heeft kan sjoelen op de grond ook. Leg een voorwerp (blokje, pen, paperclip) op de grond en probeer met je sjoelstenen zo dicht mogelijk bij dit voorwerp te komen. Wie wint er?

Knutselen

Van klei kun je leuke figuren maken. Goed om de spierballen in de vingers te trainen!

 

Laat een mooi schilderij met (vinger)verf maken

 

Door paperclips in elkaar te “haken” kun je er een armband of ketting van maken.

 

Lukt het om een vliegtuigje of een bootje te vouwen? Of weet u nog andere leuke figuren?

 

Van vlechtstroken kun je muizetrappetjes vouwen. Deze kunnen vervolgens gebruikt worden om armen en benen van te maken als je een poppetje knutselt. Wat kun je er nog meer van maken?

 

Maak van strijkkraaltjes leuke onderzetters voor glazen en kopjes.

 

Bewaar oude kranten;

Scheur of knip hiervan een zo lang mogelijke slang.

Krant openvouwen terwijl je erop staat; zonder van de krant te stappen of om te vallen natuurlijk! En als dit is gelukt weer proberen te krant op te vouwen zonder eraf te stappen

Een hoedje van papier vouwen. Bij wie past deze het beste op het hoofd? Op z´n kop ook te gebruiken om een kleine bal mee te vangen

Hang verschillende kranten over een touw (of over de waslijn) en laat uw kind proberen ze met een bal of pittenzakje raak te gooien. Lukt het om ze er allemaal vanaf te krijgen?

 

Door papier (crêpe papier werkt het beste) in kleine stukjes te scheuren kunnen er kleine propjes van gemaakt worden. Vervolgens proberen ze zo ver mogelijk weg te schieten. Of maak er een mooi plakwerkje van.

 

Door een touwtje te vingerhaken of vlechten maak je een stevig touwtje, door er vervolgens een knoopje in te maken kunnen er verschillende figuren van gemaakt worden; kop en schotel, eifeltoren.

 

Gebruik pijperages om kralen te rijgen, dit werkt gemakkelijker dan naald en draad. Door de uiteinden aan elkaar te draaien kan er een armband of ketting van gemaakt worden.

Spelletjes aan tafel

Na een drukke dag (zowel voor jezelf als voor je kind) is het heerlijk om voor het slapen gaan nog even samen rustig een spelletje aan tafel te doen!

Er zijn zoveel spelletjes die je met elkaar kunt doen waarbij je met klein materiaal bezig bent en dus eigenlijk meteen de fijne motoriek/handvaardigheid stimuleert.

Denk maar eens aan jenga, mikado, domino, kwartet, puzzelen, lego/duplo, k´nex, torentje bouwen van lucifers, kralen rijgen, memorie.

 

Vul een (schoenen)doos met verschillende kleine voorwerpen (paperclip, knikker, gum, sleutel, puntenslijper, etc.). Maak aan weerskanten van de doos gaten voor je handen en raad wat je in je handen hebt.

Laat kinderen meehelpen met verschillende klusjes in huis

Meehelpen in de keuken; gehaktballetjes draaien, eitjes pellen, groente snijden (blijf erbij!!), ingrediënten in kom gieten, roeren (niet in de hete pannen, wel in bijv. de beslagkom). Bijvoorbeeld als er eten gekookt worden, maar samen koekjes of cakejes bakken is natuurlijk ook leuk!

Hagelslag knoeien is helemaal niet erg; laat uw kind ze één voor één tussen duim en wijsvinger oprapen (en als beloning mogen ze lekker opgesnoept worden!)

 

Samen de was opvouwen; laat uw kind bijv. de onderbroeken/sokken maar eens opvouwen.

 

Wanneer je kind lekker bij papa op schoot is kunnen ze eens samen proberen de knoopjes van papa z´n overhemd open en dicht te maken. Of lintjes aan een blouse van mama of zus(je)

 

Laat uw kind zich zoveel mogelijk zelf aan- en uitkleden en oefenen met verschillende sluitingen. Eigen kleding en schoenen is natuurlijk het meest praktisch, maar laat ze ook eens helpen met schoenen of jassen van papa, mama, broer of zus.

 

 

Kleuren, schrijven en tekenen

Koop een leuk kleurboek of haal kleurplaten van internet. Hoe kleiner de in te kleuren vlakken hoe meer er wordt gevraagd van de vingersturing.

 

Laat zien hoe verschillende vormen, later letters eruit zien en vertel hoe ze heten, laat ze natekenen

 

Pictionary (kan ook als u het spel niet heeft). Laat uw kind een tekening maken en raadt wat het is

 

Laat je kind het boodschappenlijstje schrijven

 

Schrijf om beurten een woord op dat rijmt op het vorige woord

 

Probeer in 1 minuut zoveel mogelijk woorden (leesbaar!) op te schrijven; dieren, namen, dingen die je kunt eten/drinken

 

Maak een zo lang mogelijke woordslang; de laatste letter van het vorige woord is de eerste letter van het volgende woord.

 

Lichaam omtrekken op groot papier, evt. lichaamsdelen benoemen en noteren

 

Handen en andere voorwerpen/vormen omtrekken op papier

bottom of page